Free Image Hosting at www.ImageShack.us

- - - ID : Naar een identitaire stroming in Nederland ! - - -

zondag, december 10, 2006

"Turkije behoort niet tot de EU !" gesprek met Robert Steuckers door Branding, 10 december 2006.

Robert Steuckers is de drijvende kracht achter heel wat interessante nieuw-rechtse tijdschriften als Synergies européennes en Vouloir, en was in het verleden meermaals gastspreker op vormingsavonden van de NSV!.
Aan hem legden we enkele prangende vragen voor, die ons meer inzicht moeten verschaffen in de achtergronden en toekomstperspectieven van de schijnbaar onstuitbare Turkse “Drang nach Europa”.


Branding: Op 6 oktober laatstleden verleende de Europese Commissie een positief advies voor de toetreding van Turkije tot de EU, ondanks veelvuldig protest vanwege heel wat Europese partijen en hun achterban. Wij vroegen ons af of de strijd hiermee gestreden is?

RS: Neen, de strijd is hiermee niet gestreden. De problemen worden alleen maar opzij geschoven. Het deficit van de Turkse economie is torenhoog en kan natuurlijk niet, zelfs met de beste wil ter wereld, eenvoudig door structurele EU-subsidies worden verholpen, terwijl ook Europa nieuwe structurele investeringen dringend nodig heeft, met name in de Länder van de voormalige DDR of in Polen. Bovendien groeit de Turkse bevolking onophoudelijk aan. Demografen hebben uitgerekend dat de Turkse bevolking tegen 2025 95 miljoen zielen zal tellen. De groei van de bevolking zal het deficit en het aantal inheemse Turkse werklozen natuurlijk niet helpen oplossen.

Mocht het tot een toetreding van Turkije tot de EU komen, zou in tweede instantie de oeroude landbouwpolitiek van de EU naar de haaien gaan. Deze laat zich eenvoudig niet meer financieren, daar het percentage van de Turkse bevolking, dat in de landbouw actief is, veel hoger (35%) ligt dan het gemiddelde in de huidige EU.

Ten derde valt het te verwachten dat de Turkse regering op vlak van mensenrechten nog heel wat blunders zal begaan, onder meer in Koerdistan.

Ten vierde, zal een effectieve toetreding heel wat weerstand veroorzaken in sommige landen die niet bepaald pro-Turks kunnen genoemd worden, zoals Cyprus en Griekenland.

Naar mijn mening hebben de staten uit de voormalige Joegoslavische federatie prioriteit in hun historisch recht om tot het verenigde Europa toe te treden, en ook zij zijn zeer wantrouwig tegenover Ankara.

Mocht een toetreding van Turkije dan toch onafwendbaar zijn, wat ik niet geloof, moet de anti-Turkse lobby in Europa klaar en duidelijke voorwaarden stellen:

1) terugtrekking van alle Turkse troepen uit Cyprus; 2) autonomie voor Koerdistan; 3) erkenning van de genocide tegen Armeniërs en Grieken; 4) erkenning van alle oostelijke christelijke kerken (ondermeer langs de grens met Syrië); 5) het staken van alle steun aan Tsjetsjeense terroristen; 6) de teruggave van de Hagia Sophia in Konstantinopel (Istanboel) aan de Grieks-Orthodoxe Kerk; 7) geen inmenging in de binnenlandse zaken van Turkssprekende republieken uit de voormalige Sovjetunie; het stopzetten van de politiek van dammenbouw op de Eufraat en de Tigris, en die tot gevolg heeft dat het hele Midden Oosten wordt drooggelegd. Dat zijn de voornaamste voorwaarden, die Turkije moet vervullen om eventueel volwaardig lid van de EU te kunnen worden.

En, wees gerust, deze zullen door geen enkele Turkse regering worden aanvaard.

Branding: Kan U even de belangrijkste argumenten op historisch, cultureel en politiek vlak uit de doeken doen, die pleiten tegen een toetreding van Turkije tot de EU?

RS: Op historisch vlak kan men werkelijk hele bibliotheken volschrijven om aan te tonen dat Europa en Turkije twee grondverschillende politieke werelden zijn. In 955, na de Slag van Lechfeld, toen Keizer Otto I de Hongaren versloeg en een einde maakte aan de constante aanvallen tegen Europa vanuit de Euraziatische steppe, moesten de Hongaarse koningen de plechtige eed afleggen dat ze nooit meer een veldtocht zouden ondernemen in de richting van West-Europa, en dat ze de Donau en de Pannonische vlakte tegen alle indringers van Aziatische oorsprong zouden verdedigen. De Hongaren moesten dus hun geopolitiek perspectief volledig veranderen. Na de val van Konstantinopel in mei 1453, stelde Paus Pius II dezelfde voorwaarde aan de Sultan, die weigerde. Pius II was kanselier van de Duitse Keizer Frederik III geweest.
In een vorig leven als Italiaans humanist vertaalde hij de Germania van Tacitus en ontwierp hij een eigen geopolitiek project: De Europa.

Daarin argumenteerde de latere Paus Pius II dat Europa eigenlijk een Rijk was, dat enkel als Rijk kon overleven, als het Bohemen en Brabant stevig in handen had.

Ergens kunnen we Pius II als een soort oervader van het Duitse en het Vlaamse nationalisme beschouwen. Van Tacitus nam hij de idee van de “hogere kwaliteit” van de Noordse volkeren over.

Maar terug naar de Turkse kwestie : de Sultan weigerde dus zijn geopolitiek

perspectief te wijzigen en bleef zo de erfgenaam van twee anti-Europese geopolitieke Stoßrichtungen, die van de Turkse steppevolkeren in de richting van de Zwarte Zee en de Donau in het noorden, in de richting van de Egeïsche Zee in het zuiden zuiden, en die van de Arabische volkeren vanuit het Arabische schiereiland in de richting van Noord-Afrika en ook van de Egeïsche Zee.

Het bestaan van zulke Stoßrichtungen is een permanente bedreiging voor Europa. Het huidige Turkije blijft in dezelfde zin handelen, verpakt met ogenschijnlijk pacifistische bedoelingen. Hoofddoel van de Pan-Turkse agenda is de bevolking van de hele Turkstalige wereld tussen de Bosporus en de Chinese grens de mogelijkheid te bieden om zich voorgoed in Europa te nestelen en zo de smadelijke nederlagen van de Hunnen, de Magyaren, de Avaren, de Koemanen, de Petsjeneggen, de Khazaren, de Seldsjoeken en de Ottomanen te wreken en recht te zetten.

Men mag nooit uit het oog verliezen dat het politieke geheugen van de Oostelijke volkeren een veel verder terugreikend geheugen is dan dat van westerlingen, en dat het verleden in hun ogen nooit “passé” is, maar ten allen tijde brandend actueel blijft. Oostelijke volkeren lijden niet aan de geheugenstoornissen van de westerse “progressieven” zijn.

Branding: Kunnen we uit het verleden lessen trekken voor onze campagne tegen een mogelijke Turkse toetreding tot de EU? Wat zijn de grote voorbeelden waarnaar we in deze kunnen teruggrijpen?

RS: Er kunnen uit het verleden hieromtrent duizend en één lessen getrokken worden. Wat zeker is, is dat de politieke elite van Europa de geschiedenis van de eeuwenlange strijd tussen Europa en de steppevolkeren moet kennen en vanuit deze historische kennis beslissingen moet nemen. Het grote voorbeeld blijft natuurlijk Prins Eugeen van Savoye, die alle mogelijke bronnen uit de geschiedenis las, alvorens hij zijn zegevierende veldtochten tegen de Ottomanen lanceerde, waarmee hij hen definitief versloeg. Hét wapen bij uitstek van deze kleine en fysiek zwakke man was een grote kennis van de geschiedkundige bronnen van zijn tijd. Met de weinige middelen en met het formidabel Frans leger van Lodewijk XIV, de verrader van Europa, dat hem voortdurend in de rug kon aanvallen, heeft hij desalniettemin de grootste mogendheid van zijn tijd uitgeschakeld.

Sun Tsoe leert ons dat informatie uiterst belangrijk is om de vijand te verslagen. Prins Eugeen heeft dat bewezen en in zijn geval was informatie op de eerste plaats kennis van de geschiedenis. Vandaag de dag is deze regel nog steeds van toepassing: de Angelsaksen winnen de strijd in Centraal-Azië en in het Middenoosten omdat hun geschiedenisboeken vandaag de beste zijn.

Branding: Hoe ziet U de rol van de omvangrijke Turkse bevolkingsgroepen in West- en Midden-Europa? Vormen zij op termijn een soort vijfde kolonne, mocht Turkije worden toegelaten tot de EU-club? En hoe moeten we de gevolgen van het de jure Turks staatsburgerschap van miljoenen Centraal-Aziatische Turkofonen voor Europa inschatten bij een mogelijke toetreding van Turkije tot de EU?

RS: De Turken in West-Europa worden op termijn geen vijfde kolonne, ze zijn het al!

Enkele jaren geleden werden in de Brusselse gemeente Schaarbeek Koerdische en Aramese cultuurcentra in brand gestoken door bendes jonge Turken, die goed getraind bleken door de militante Grijze Wolfen of door Turkse militairen, en dit onder de ogen van een Turkse televisieploeg, die snel na de rellen verdween in de richting van Istanboel.

‘s Avonds werden de beelden al op de TV-schermen vertoond, zonder dat de fameuze Belgische veiligheidsdiensten konden reageren. België had zich weer eens belachelijk gemaakt. In Duitsland is het regelmatig tot dergelijke incidenten gekomen.

De Turkse regering geeft automatisch de Turkse nationaliteit aan alle onderdanen van de Turkstalige republieken uit Centraal Azië. Mede daarom is het eerder vernoemde cijfer van 95 miljoen Turkse burgers in 2025 een grove onderschatting. Turkije zal de Turkstaligen uit Azië nooit laten vallen: de ondermijning van het Byzantijnse Rijk werd voltrokken door de immigratie van Turkmeense of Turkomaanse herdervolkeren vanuit Centraal-Azië, en dit sinds de tijd van de Seldsjoeken.

De legers van de Sultans hebben altijd uit Turkmeense en Tataarse ruiters bestaan die, bij de tweede belegering van Wenen, de ommelanden Bohemen, Moravië en Hongarije systematisch plunderden. Op historisch vlak zijn de banden tussen de Turken in de huidige Turkse staat en de Turkstaligen uit de voormalige Sovjetunie heel nauw. Dat laatste zal niet veranderen door een schijnbare “bekering” tot de flauwe waarden van het liberale Europa.

Branding: Hoe zit het met de tegenstanders van een Turks EU-lidmaatschap in Turkije zelf? Bestaan er volgens U mogelijkheden om objectieve bondgenootschappen met hen te sluiten?

RS: De belangrijkste tegenstanders zijn enerzijds de Grijze Wolven (hoewel deze laatsten soms erg dubbelzinnig kunnen zijn…), die vrezen dat Turkije een kolonie van het Westen zal worden en dat het land afstand zal moeten nemen van zijn traditionele politiek in Koerdistan, en anderzijds de Islamisten, die vrezen dat de Westerse waarden de fundamenten van de Turkse maatschappij door hun zedenloosheid zullen kelderen. Een objectief bondgenootschap is mogelijk met nationalisten, in die zin dat, na 1923, Turkije een land werd dat volledig van Groot-Brittannië, en later van de VS, afhing, daar het niet meer over olie of andere energiebronnen kon beschikken. Net daarvoor hadden de Engelsen Mossoel bij het nieuw ontstane Irak ingelijfd, waar zich belangrijke olievelden bevinden. Zonder energiebronnen blijft Turkije een zwak land.

Dat laatste moeten wij aan eerlijke Turkse nationalisten diets maken. De toekomst van Turkije ligt in Irak en nergens anders. Maar de slaafse houding van de Turkse regeringen tegenover de Amerikanen heeft Turkije geen kans gelaten om Mossoel te recupereren. Nu is het daarvoor te laat. De Amerikanen wensen bovendien Europa te verzwakken, waarbij Europa de rol van de betalende derde zal moeten spelen, terwijl hun oliemaatschappijen Mossoel blijven controleren.

Laatste bemerking: deze oriëntatie van de Turkse politiek ware mogelijk geweest in de tijd van het onvolprezen bondgenootschap met Duitsland vóór 1914 en gedurende de Eerste Wereldoorlog…een episode uit de geschiedenis die wij ook moeten herlezen.

Branding: Een Europees “njet” tegen de toetreding van Turkije tot de EU is natuurlijk één zaak. Maar hoe zit het precies met het alternatief dat Europa in deze kan bieden aan de Turken, toch wel een niet onbelangrijke macht in het Midden-Oosten en Centraal-Azië? Bestaat er een mogelijkheid om Turkije uit de invloedssfeer van de Amerikanen los te weken en tot objectieve bondgenoot van Europa te maken, in een soort bevoorrecht partnerschap, dat gericht is op de behartiging van de geopolitieke belangen van Europa én Turkije, en dat de energie van de Turken aanwendt tegen de vijanden van Europa en niet tegen Europa zelf?

RS: Een “njet” heeft zin, omdat het een “njet” is tegen de geheime Turkse wil om Europa door migranten uit Anatolië, Koerdistan of Centraal Azië te ondermijnen en te veroveren, en zo de nederlagen uit de vorige eeuwen teniet te doen.

Een “njet” heeft ook zin, omdat de Turkse kandidatuur eenvoudig onbetaalbaar is in een periode van laagconjunctuur.

Maar, inderdaad, er moet tegelijkertijd een alternatief geboden worden en het enige redelijke project is dat van de Pruisisch-Duitse Keizer Willem II, die een partnerschap voorstond tussen heel Europa enerzijds en Turkije met het Tweestromenland anderzijds. Keizer Willem heeft in feite heel Europa uitgenodigd om aan dat project deel te nemen, maar Frankrijk heeft uit belachelijk revanchisme voor 1870 hautain geweigerd en alles gezet op Rusland, om van dit enorme land een wals te maken tegen Duitsland en Oostenrijk-Hongarije. Het partnerschap was toen mogelijk en beloofde een succes te worden, omdat olievelden potentieel beschikbaar waren.

Na de nederlaag van 1918, heeft Turkije zijn voornaamste energiebronnen verloren en het huidige “bond-genootschap” met de VS maakt het onmogelijk deze bronnen terug te krijgen. Dat is het geopolitieke feit dat niet te negeren valt. Men moet er zich enkel van bewust worden, zowel in Euro-Brussel, als in Berlijn, Wenen of Ankara. De Turken moeten ook beseffen dat het vrijwillig reduceren van hun geopolitieke ruimte door het kemalisme op dit moment een serieus probleem vormt, aangezien een tot Anatolië beperkt Turkije zonder Koerdisch of Arabisch Vorfeld als werkelijke en leefbare regionale macht op lange termijn niet levensvatbaar is. Het Ottomaanse Rijk was de facto multicultureel en federalistisch.

Turkije mag ook in een partnerschap met Europa geen Jakobijns gecentraliseerd stelsel blijven. Mossoel kan niet gerecupereerd worden zonder de garantie van een volledige Koerdische autonomie, zoals dat gedurende het Ottomaanse bewind het geval was. Een federalistisch Turkije, dat zich verzoend heeft met Europa en Rusland, heeft een waardige toekomst. Zonder de nodige hervormingen zal Turkije een anti-Europese stoorfactor in dienst van Amerika blijven. Het lot van het Mossoel-gebied bewijst dat de vijanden van Europa en Turkije eigenlijk de zelfde zijn. Men moet er zich echter hier en daar dringend van bewust worden…

Branding: Nog een laatste vraag: stel dat het Turks EU-lidmaatschap een feit is; op welke wijze dienen we met dit gegeven om te gaan en hoe kunnen we desgevallend onze strijd voortzetten?

RS: Als dat feit zich voltrekt riskeert letterlijk alles naar de haaien te gaan.

Een lichtpunt zou kunnen zijn dat men een driehoekige alliantie tussen Rusland, Europa en Turkije vormt met de Zwarte Zee als centrale as. Een dergelijke oplossing werd trouwens door Alexander Doegin in Moskou voorgesteld. In het geval dat een Turks EU-lidmaatschap onafwendbaar is, zouden we onze inspanningen op een soortgelijke alliantie moeten concentreren, wat impliceert dat de Turkse politiek zich niet meer kan laten koppelen aan anti-Russische en anti-Europese projecten in de stijl van Zbigniew Brzezinski, wat nu al decennia lang het geval is.

Branding: Mijnheer Steuckers, wij danken u van harte voor dit boeiende gesprek en hopen samen met u dat onze argumenten tegen een Turkse toetreding tot de EU het alsnog mogen halen.

Bron: Nationalisme.info - vormingscel van Nationalistische Studentenvereniging (NSV)

1 Comments:

  • At 1:57 p.m., Anonymous Anoniem said…

    I consider, that you are not right. Let's discuss it. Write to me in PM, we will talk.

     

Een reactie posten

<< Home